donderdag 15 december 2016

De kleur grijs....

.... heb ik nu wel genoeg gezien!

De perronverharding is twee maal compleet verwijderd omdat kleur of oppervlak niet goed werd. Daarnaast schoot het me in de rug en als je nu door het kamerraam naar buiten kijkt..... juist.
Als je ze al niet had zou je er grijze haren van krijgen.
Maar, het is vandaag gelukt met de perrons en morgen schijnt de zon!

 
Op een enkel detail na is het centrale deel klaar.

In mijn bericht van 22 oktober had ik laten zien hoe ik met Koemo Steinmehl 0-15 een mooie structuur verkreeg. Het opgelapte asfalt van de perrons werd daarmee goed benaderd. Maar dat proces verliep op de modelbaan toch even anders. Door niveauverschillen en een aantal "hindernissen" bleek het afstrijken lastig. De oppervlaktestructuur bleef hobbelig. Ik ging daarom weer over op de traditionele wijze, de laag vooraf glad strijken en daarna inwateren met verdunde houtlijn. Het Steinmehl wordt door de lijmoplossing donker. Het moest dan ook nog op kleur gebracht worden. Ik werkte op karton of styreen meestal met Heki verf. Maar op het Steinmehl zorgde ook een sterk verdunde Heki verf voor het dichtlopen van de structuur. Zodoende is voor een tweede maal de perronverharding weg gefreesd. Uiteindelijk bleek het verven met sterk verdunde Vallejo verf wel goed te lukken. (Vallejo 70.989 Sky Grey)

 
Aan de hand van foto's is getracht de werkelijkheid van 1991 te benaderen.

De uiteindelijk kleurkeuze werd bepaald door proefstukjes. Verf kan er na droging zo anders uitzien. Ook de ondergrond speelt daarbij een grote rol. Uitproberen dus. Eerst op kleine stukjes de kleur bepalen en daarna op een groter stuk perron kijken of dat ook goed ging. En pas daarna op de baan. Ik had dit uitproberen al eerder moeten doen!

Nog enkele plaatjes van vandaag:

 
Filisur-sfeertje
 
 
Proefrijden

 
Hier en daar moet nog wat bijgewerkt worden, maar ik ben tevreden.
 
Nu eerst aan het werk met de helling achter het station. Daarin komen rotsen uit gips. Dat is voor mij geheel nieuw en dus weer een "next level" in de modelbouw. Het blijft fascineren. 

 
Met groet, Jan

zondag 27 november 2016

Werk in uitvoering, de perrons

Behalve voor het bouwen aan de modelbaan neem ik zo af en toe de tijd om dit Blog aan te vullen. Het delen van mijn ervaringen geeft een goed gevoel. Anderen lezen het en kunnen het misschien gebruiken. Het is daarnaast een mooi naslagwerk voor mezelf. Om die twee redenen geef ik bij de plaatjes ook de verwerkte materiaalsoorten aan.
Ik heb zelf in één jaar erg veel geleerd uit vele internetpublicaties. De kwaliteit van de modelbouw gaat door het internet omhoog. Dat geeft extra motivatie!

Het beeldverslag van de afgelopen twee weken:

Na de bouw van het stationsgebouw is op het aansluitende emplacement gewerkt. Tijdens die werkzaamheden staat het gebouw natuurlijk nog veilig opgeborgen. Maar voor de volgende foto is het weer teruggezet.

 
Het emplacement op 24 november 2016
 
Bij alle wissels in het werkgebied zijn de wisseltongen tijdelijk uitgenomen.
Voorafgaand aan de perronbouw zijn de railstaven geschilderd met Koemo Rostbraun.
 

Tussen de rails zijn de eerste perronlagen en kantstenen gelijmd. Het materiaal is grijs karton van voldoende kwaliteit.
Op de voorgrond de kantstenen die aansluiten op het perron van het stationsgebouw. Ter plaatse van de latere overpaden zijn de verlagingen al zichtbaar.


Vervolgens is ballast aangebracht. Ik meng daarvoor de soorten DN en R10 van Koemo in een verhouding van 1 op 1.


  
Eveneens van Koemo komt het "Steinmehl" 0 - 0,15 mm voor de afwerking van de perrons. Dit afwerken wordt in twee lagen gedaan.
 
 
In Filisur lag in 1990 nog een laag profielklinkers langs de rails, o.a. bij spoor 2. Die zijn in model niet in de juiste vorm verkrijgbaar. De "Verbundpflasterplatte" van Auhagen, artikel 52408, geeft een acceptabel alternatief. Die kunststofplaat is echter te dik om direct tegen de spoorstaaf aan te leggen. Een in de boorstandaard vastgezette Proxxon miniboor met slijpschijfje geeft daarvoor uitkomst. Vastgezet in de juiste stand is een sponning gefreesd. Dit freeswerk deed ik telkens voorafgaand aan het afsnijden van het benodigde strookje.
 
 
Na het aanbrengen van de steentjes (zie ook het eerste plaatje in dit bericht) en een eerste laag verharding ziet het er nu zo uit:
 
 
Een leeg werkterrein op 26 november 2016, de aannemer heeft weekend..
 
Het wachten is nu op de definitieve afwerking. Het daarvoor benodigde Steinmehl is nog niet gearriveerd. Een mooie gelegenheid voor enkele proefritten in het weekeinde. Die zijn inmiddels met succes genomen en het werk kan doorgaan!
 
Wordt vervolgd, Jan
 

maandag 14 november 2016

Het stationsgebouw Filisur van Pirovino, deel 4

Het stationsgebouw is bijna klaar. De stand van vandaag:
 
 
De rechterzijde van het pannendak aan de straatzijde moet nog ietsje donkerder....

Na de inbouw van de buitenverlichting (zie vorig bericht) kon het dak er op. Het pannendak van het hoofdgebouw bestaat uit een dunne laag gips dat gelijmd is op 0,5 mm fineer. Dat fineer heeft een lattenstructuur als onderaanzicht. Het gips is eenmaal geschilderd met Vallejo 70.910 Orange Red en daarna vervuild met Vallejo Wash 76.519 Olive Green.

 
En nu de omgeving aanleggen!

Het platte dak van de "Postanbau" bestaat uit messing platen. Vooral het ombuigen van de zeer smalle velsranden gaf mij vooraf zorgen. Ik heb daarvoor een klein bankschroefje van Proxxon gebruikt. Dat ging buiten verwachting heel goed. Het platen voor het platte dak moesten voor de spoorzijde ook nog eens ingekort worden.
De afwerkkleuren van het platte dak: Vallejo 70.989 Sky Grey, een beetje70.990 Light Grey en wat Koemo Rostbraun. Schilderen geeft veelal strepen. Spuiten wil ik niet. Ik gebruik nu heel kleine verfrollertjes, verkrijgbaar bij Mini-verfrollertjes Dat gaf al een mooi resultaat. Daarna heb ik nog wat getamponneerd met de grijze tinten.

 
Het miniverfrollertje voor een gladde onderlaag en voor de roestsporen.
 
Wat nog rest zijn regenpijpen, zitbanken en diverse borden.


Wordt vervolgd, Jan

Viessmann 6337 verlichting ("TL balk")

Voor de bouw van het Pirovino model van station Filisur zijn geen lampjes bijgeleverd. Slechts witte staafjes die de TL-balken moesten verbeelden. Op zoek naar echt brandende lampjes kwam ik uit bij Viessmann die met de Wannenanbauleuchte 6337 een mooie modellamp levert. Een proef met deze lamp, die als "TL-vervanger" twee helwitte led's heeft, gaf een goed resultaat. Geen twijfels meer, maar waar laat je de draadjes?

Op de zolder van het hoofdgebouw is voldoende ruimte om de draden weg te werken:


Het platte dak van de "Postanbau" moest een extra 0,5 mm dikke tussenlaag krijgen waarin de draadjes verlijmd zijn:

Daarna het gebouw op de baan gezet met dit als resultaat:


De lampjes zijn met de aanbevolen 14-16V te fel. Ik heb een 12V verlichtingstrafo. De 12V wisselstroom zet ik met een brugcel om in ca. 10V gelijkspanning. Dat geeft al ruim voldoende licht. Voorlopig laat ik dat zo.
 

Met groet, Jan

zaterdag 5 november 2016

Het stationsgebouw Filisur van Pirovino, deel 3

Wekenlang bouwen aan slechts één gebouw. Ik had niet verwacht dat dit werk zo veel plezier zou geven. Het is wel raar om details zo af te werken dat deze alleen onder de loeplamp of met een fototoestel op macrostand zichtbaar worden. Maar de reacties na publicatie van de opnames op dit Blog en op verschillende forums versterkt de motivatie om hiermee door te gaan. Daarbij is het leuk om ook van de Zwitserse modelbouwers aanwijzingen te krijgen. Het laat je telkens weer grenzen overschrijden. Niet altijd letterlijk maar zeker figuurlijk bedoeld!

De bouw van het station Filisur vordert. Inmiddels zijn alle dakspanten geplaatst:

 
Spoorzijde

 
Straatzijde

 
Het is heerlijk om te zien dat het allemaal van echt hout is!

 
De deurstijltjes zijn soms slechts 0,2 mm dik.....

Nu is de benodigde ruimte op de baan bekend en kan ik ook verder met de perrons. Mijn vrouw verbaast zich over mijn enthousiasme, ook na zeer veel dagen onderdeeltjes uitsnijden, schilderen en plakken.... Daar moest ook maar een foto van komen:



Wordt vervolgd, Jan

zaterdag 22 oktober 2016

Het stationsgebouw Filisur van Pirovino, deel 2



 Een proefstukje perron.
 (de voorzijde van de locomotief vraagt om een nog betere detaillering.....)

Twee weken verder en er komt wat kleur op het station. De meeste tijd ging zitten in het monteren en plaatsen van ramen en kozijnen. De ramen bestaan uit vijf lagen die voor de montage ook nog eens geschilderd moesten worden. De kozijnen en vensterbanken bestaan uit losse balkjes. Het is heerlijk werken met het echte hout.
 

De gevelbekleding van "Holzschindeln" is aan de straatzijde
 door weersinvloeden bijna zwart geworden.

Ik heb wat moeten zoeken naar een goede kleur voor het blanke hout. Uiteindelijk verf ik met Vallero 70.834 "natural woodgrain" en geef het een verdunde wash met Vallero 76.506 "rust". Het resultaat is hier te zien:

 
Aan de perronzijde (op het noorden) is de bekleding veel lichter gebleven.
 
 
De stand van de bouw op 22 oktober

Naast alle aandacht voor het stationsgebouw wordt het ook tijd voor de perrons. Ik heb lang zitten denken hoe ik het asfalt weer kon geven. Ik heb een proefstukje gemaakt.

 
Het proefstukje perronbouw. Afstand hart spoor tot de perronwand: 17 mm.
Ik heb hier wat meer speling gehouden dan in werkelijkheid.

De perrons zijn opgebouwd uit grijs karton, in totaal 3 mm dik. De kantstenen zijn gesneden uit 1 mm grijs karton, 4 mm hoog. Op het proefstukje nog als één strook, later worden dit afzonderlijke bandjes. De bovenste mm tussen de kantstenen vul ik met Koemo "Weg 15" 0-0,15 mm, wat aardig overeenkomt met de werkelijk asfaltsamenstelling op schaal. Langs de kantstenen was in Filisur een rand van afbrokkelend cement aanwezig. Dat is nagebootst door een golvend randje 2 mm foam dat later met een pincet afgebrokkeld is.

 
Het asfalt is nu verschillende malen bijgewerkt en daardoor niet meer vlak genoeg.
De kantstrook wordt later uit afzonderlijke bandjes opgebouwd.
Eén van de lessen uit deze proef: ook de kantstrook afplakken bij afwerken asfalt....

Het gebruikte ballast is van Koemo in de samenstelling 1 deel DN - 1 deel R10.
De gebruikte verf is Heki 7102 "Granit" en Koemo "Rostbraun".

De proef geeft mij voldoende info om de perrons op de baan voor te bereiden.
Ik ben nog aan het nadenken over de rijen stenen die op enkele plekken tegen de spoorstaven gelegd waren. Het golfprofiel van deze stenen is moeilijk na te bootsen. Daarover later meer.

Wordt vervolgd, Jan


zondag 9 oktober 2016

Het stationsgebouw Filisur van Pirovino, deel 1

Na een jaar lang nadenken dan toch maar de stap gewaagd: De aanschaf van het Pirovino lasercut model van het stationsgebouw Filisur (van voor 2004), artikelnummer 843 600. Na de eerste bouwfase valt mij het bouwpakket wel mee. Het zijn veel, heel veel, kleine onderdelen die volgens een vaste volgorde nauwgezet verlijmd moeten worden. Vooral geen haast hebben en steeds weer goed kijken en nadenken. De nog te monteren vensters zijn erg fijntjes uitgevoerd. Eerder opgedane ervaringen komen nu goed van pas. Een venster opbouwen uit vijf lagen dun materiaal vergt niet alleen een vaste hand maar vooral tijd en rust.

 
Het station in aanbouw. De modelbaan krijgt bij elke toevoeging weer wat meer vorm.

Wat ik wel een nadeel vind is de beperkte handleiding. Alleen de grote lijnen staan aangegeven met daarbij voorbeeldplaatjes. Ik moet toegeven, het essentiële staat erin, maar ik ben meer bezig met nakijken en uitzoeken dan met monteren. In de loop van de tijd zal het minder tijd vergen, als het aantal onderdelen minder wordt....

 
Slechts een deel van alle onderdelen.....

Natuurlijk heb ik het model na de eerste bouwfase op de baan gezet voor een eerste indruk. Nog een paar latjes en dan wordt wat nu gebouwd is geschilderd. Ook daarvoor zijn weer proefstukjes nodig. Het houdt je van de straat!

 
Het model van het in 2004 afgebroken bijgebouw wordt nog aangepast, zie onder.

Het tonen van deze foto's op het Zwitserse Albulamodell forum gaf direct twee reacties:
 
1. Het lage bijgebouw op de bovenstaande foto is in werkelijkheid minder breed. Het deel rechts van de verticale balk in de kopgevel is er niet. Dat is nog makkelijk aan te passen.
2. Het brede, later aan te brengen, deel van het dak dat rust op de uitstaande balk op onderstaande foto steekt te ver over het spoor. Het dak dient een dakpan smaller te zijn. Dat is ook aan te passen, maar lastig in verband met de dunne dakplaat van gips.
 
Weer enkele uitdagingen erbij. Er zullen er ongetwijfeld meer komen!

 

De bodemplaat en het later aan te brengen dak bestaan uit zeer breekbaar gips.
Alle andere onderdelen bestaan uit hout, vaak gelaserd mdf of heel dun fineer.
Ook het houtwerk wordt nog geschilderd.

Nu kan ik ook verder gaan met het bepalen van de definitieve plaatsen van bovenleidingmasten, perrons, oversteekplaatsen, noem maar op. Ik moet nu kiezen. Alles tegelijk aanpakken gaat niet goed. Voorlopig heeft het station de meeste aandacht.

Wordt vervolgd, Jan

vrijdag 23 september 2016

Soundinbouw in Bemo RhB G4/5

 
RhB Stoomloc G 4/5 107 boven Bergün. Op de achtergornd het bergdorpje Latsch.

Al sinds Märklin met het digitaal systeem (van Lenz) voor gelijkstroombanen kwam reed ik digitaal. Op dat moment bouwde ik aan een Bemo baan naar het voorbeeld van de Rhätische Bahn. De inbouw van de toen grote decoders was problematisch. Bij de meeste locs moest daarvoor één cabine worden opgeofferd. Weer wat jaren later kwam de eerste sounddecoder. Dat was voor mijn locs helemaal niet te doen. Ik besloot 15 jaar geleden om over te stappen naar normaalspoor H0 en nam (tijdelijk) afscheid van de RhB.

Hoe anders is het nu. De huidige microdecoders kunnen veel meer en zijn zo klein dat ze in elke loc terecht kunnen. Zie ook het bericht Lenz energiebuffer 10490. Bemo levert al weer een tijdje de eerste RhB locs met sound, maar nog geen stoomloc. Na het zien van een filmpje over de inbouw van sound in een Bemo G 4/5 besloot ik het zelf te proberen. Daarom maar eens een G 4/5 aangeschaft, natuurlijk de 107!

 
Het erg mooie model van de G 4/5 107 in 1:87 van Bemo

De firma ESU heeft voor de LokSound micro V4.0 het geluid van de G 4/5 beschikbaar. De microdecoder kan in de tender van de stoomloc. Maar voor de bijgeleverde luidspreker is weinig plek. Vooral als er nog een PowerPack ingebouwd wordt en dat is bij de Bemo G 4/5 wel nodig aangezien het contact met de baan wat gebrekkig is. Nu levert ESU de ultra kleine 50326, een luidspreker met de afmetingen 12x14x5,5 mm. Op het filmpje was deze in de stoomketel voor de motor ingebouwd. De kleine luidspreker heeft niet zo'n fraai geluid als zijn grotere soortgenoten, maar het blijft acceptabel.

 
De ESU luidspreker 50326 past precies in de ketel van de G 4/5. 

De ketel past net over de kleine luidspreker. Wel is een stukje ballastgewicht verwijderd. Dat is niet erg, de loc is grotendeels van metaal en weegt zwaar genoeg. Ik heb decoderdraad gebruikt voor de verbinding met de decoder. Deze dunne draadjes worden over de motor gelegd. Ook hier past de ketel nog overheen. In de tender was het even passen en meten.

 
Hier is zo geen ruimte voor decoder + powerpack.

 
Na een verkleining van het gewicht wel.

In de tender is ruimte verkregen door het kleiner maken van het ballastgewicht. De decoder komt langs één van de zijwanden, de "Powerpack" ligt in het midden. Voorin de tender, boven de draden, is geen ruimte vanwege de diep liggende kolenbak. Het past dus allemaal maar net.

 
De loc voor het terugplaatsen van ketel en kolenbak. 
 
Het op internet aanwezige YouTube filmpje Umbau Dampflok Bemo G 4/5 laat het geluid horen. Dit was het filmpje dat aanleiding gaf voor mijn sounddecoder inbouw. In de film is nog geen "Powerpack" ingebouwd. Mijn dank gaat naar de maker van deze handleiding.
 
Door het mooie weer gebeurt er verder weinig op de baan. Na het aanbrengen van een voorlopige kleur op de ruwbouw is het volgende in voorbereiding:
- Tunnelingangen, rotsen en steenwanden.
- Bovenleidingmasten.
- Perrons en stationsgebouw.
Ik kom de winter wel door!

 
Een stoomtrein op een leeg emplacement.
 Het doet mij denken aan plaatjes uit de tijd van Willem-Jan Holsboer........

 
Wordt vervolgd, Jan 

woensdag 31 augustus 2016

Loeplamp en miniboortje

Buiten draait de (na)zomer op volle toeren. Daardoor ligt binnen de bouw van de modelbaan weer  stil. Na een gedeelte van de ondergrond te hebben voorzien van een voorlopige kleur wordt nu eerst koeler weer afgewacht.

 
Om tot het aanbrengen van het uiteindelijke landschap niet jaren tegen hout en gips aan te hoeven kijken krijgt de ondergrond een voorlopige kleur.

In de koele ochtenden kan echter nog wel wat gedaan worden. Zoals het bevestigen van "Zusatzteile" aan het materieel. Dat is best een lastig karwei, maar door elke ochtend slechts een paar wagens aan te pakken is het nog zonder trillende vingers te doen.

Met het stijgen van de leeftijd wordt helaas ook mijn zicht wat minder. Alleen een leesbril is voor priegelwerk niet voldoende. Een kennis adviseerde een loeplamp. Dat wilde ik zien. Ik heb (als led-fan) bij Conrad een de Toolcraft 821807 gekocht. Het is wel wennen. De leesbril blijft nodig en het gezichtsveld is beperkt. Maar na enige oefening bevalt de lamp wel.
Het is echt noodzakelijk om een van lijm voorzien onderdeeltje direct op de goede plaats te drukken. Elke andere beweging geeft knoeierij en dat blijft altijd zichtbaar. De combinatie van helder licht en vergrootglas helpt daarbij zeker!

 
Loeplamp met led verlichting.
 
 
Een vervelende bijkomstigheid zijn de nauwe openingen waarin de onderdeeltjes bevestigd moeten worden. Het gevaar van uitschieten bij het vastdrukken is daardoor groot. Daar waar nodig boor ik de gaatjes uit met een 0,5 mm miniboortje van Proxxon. Voor de handgreepgaatjes op de rijtuigen gebruik ik de boorstandaard. Bij het rijtuig A 1270 (Bemo 3242 120) waren helemaal geen gaatjes aanwezig. Waarschijnlijk heeft Bemo hier abusievelijk een latere rijtuigbak gebruikt. De handgrepen waren wel in de verpakking aanwezig. Na zorgvuldig uitmeten zijn met de zelfde boorstelling alsnog de nodige gaatjes geboord.
 
 
Proxxon boorstelling met 0,5 mm boor.
 
 
Na het aanbrengen van de losse onderdelen is ook de A 1270 op de foto gezet. Ook deze foto is weer in het materieeloverzicht opgenomen.
 
 
 
De A 1270 reed tot in 1994 met handgrepen. Bij een revisie ( R2: 2-12-1994) kreeg het rijtuig op afstand sluitbare deuren, drukknopbediening en de bijbehorende hoekmarkering van gele driehoeken. Het Bemo model heeft nog als Revisiedatum 4-5-1982.
 
Tot een volgend bericht, Jan

maandag 15 augustus 2016

Overzicht materieel

De RhB had in de periode 1990-1995 een omvangrijk wagenpark. Afwisselend genoeg en ook weer niet te veel verschillende wagens voor een leuke verzameling van modellen. Na een jaar zoeken, ook op Marktplaats en eBay, zijn al heel wat modellen verzameld.

Het is altijd gemakkelijk om voor je zelf een overzicht van dat materieel te hebben, om te kijken wat er is of wat er nog ontbreekt. Maar de lijst is ook voor anderen nuttig: Wat is er zo al op de markt aanwezig?

Het overzicht staat in de bovenstaande kopregel onder: Aanwezig materieel

 
Het lossen van cementwagens in Filisur.

 
De mooie Bemo modellen van deze karakteristieke wagens.
(alleen de laag cementpoeder ontbreekt nog!)

De tabel

In de tabellen vermeld ik het nummer van het voorbeeld, het nummer van het model en de op het model gedrukte revisiedatum R2. Uiteindelijk plaats ik voor ieder model een afbeelding. Een regel uit de tabellen:

Voorbeeld RhBModel BemoDatum R2
Gbk-v 55162283 12615-03-1982

Bemo geeft in de modelnummering hun versie van de betreffende wagen aan, het op één na laatste cijfer, maar dat is geen tijdperkaanduiding. Bemo geeft in hun catalogus wel aan om welk tijdperk het gaat. Aan de revisiedatum op het model kan je zien of het model niet te nieuw is voor de gekozen periode. Ik kon geen lijst vinden met die datums. Dat was de reden voor het opnemen van de datum R2 in mijn lijst.


Alleen de periode 1990-1995

Niet bij elke revisie veranderden de voertuigen van uiterlijk. Bij de locomotieven en rijtuigen was dit vaak wel het geval. De rijtuigen waren groen, werden rood, kregen een ander vignet, een andere streep, noem maar op. Ik vind het leuk om de situatie uit 1990-1995 na te bootsen. Ook al is die periode nog erg ruim. Zo reed er tot 1992 nog een groene locomotief (Ge 4/4 I 610) en vanaf 1993 kwamen nieuwe Ge 4/4 III's. Beiden op de baan is dus niet naar het grote voorbeeld. De Ge 4/4 III koop ik voorlopig niet en de groene 610 wel. Ik wacht daarvoor op een nieuwe (verbeterde) oplage van Bemo.

 
De groene Ge 4/4 I 610 kwam ik in 1991 nog tegen en is daarom voor mij een gewenst model.

Voor zover ik nu weet heeft Bemo enige jaren geleden museumwagens gefabriceerd met de opdrukken van dat moment. Dat betekent dus voor mij meestal een te nieuw model. Deze modellen zijn echter nauwelijks gewijzigd ten opzichte van de periode 1990-1995. Alleen een andere aanduiding R2 valt niet op. Ook de Te 2/2 71 springt met 1997 net over de datumgrens.

Ik heb voor onderzoek naar de modellen ook veel aan het fotoarchief van Manfred Möldner: Schweizer Schmalspurbahnen Van bijna elk RhB voertuig uit "mijn" periode is hierin een foto opgenomen.


De studio

Bij het maken van de afbeeldingen gebruik ik een witte schuimplaat. Ik fotografeer met een eenvoudige compacte camera, een Canon SX130. De lamp is een halogeenlamp. De foto's worden daarom wel bijgewerkt naar daglichtkleur.

 
De "fotostudio"
 
Op de afbeeldingen in de lijst ziet u het voertuig met alle losse onderdelen aangebracht. Op de baan rijden de langere rijtuigen zonder de leidingimitaties op de kopeinden. Dat heeft te maken met de nauwe bogen en de hellingen. Bij het naar beneden rijden drukt het treingewicht op de koppelingen waardoor deze in elkaar schuiven. De leidingimitaties gaan dan in elkaar haken en de wagen ontspoort. Bij de locomotieven en de kortere rijtuigen en wagens is dit niet het geval. Daar blijven die onderdeeltjes zitten. Alle foto's zijn nog niet geplaatst. Kijk daarom later nog maar eens.

Als u iets ziet wat niet juist is, of u heeft aanvullende informatie, hoor ik dat graag!

met groet, Jan